Vertrouwen

Door: René Röell

touwtje Terlouw.jpg

Stel je voor dat het touwtje van Terlouw weer terug zou komen; het touwtje dat uit de voordeur hangt om onze kinderen binnen te laten. En dat we ook het slot van onze achterdeur zouden halen; dat we geen alarmsysteem meer nodig zouden hebben, geen beveiligingscamera’s, geen Nextdoor alerts en geen burgerwachten.

Wat zou dat schelen in kosten bijvoorbeeld, of in tijd, of ergernis over zoekgeraakte sleutels of angst voor wat er mis kan gaan? Hoeveel vriendelijker zou het allemaal worden als we gewoon weer bij elkaar konden binnenlopen? Ondenkbaar misschien, maar nog niet zo lang geleden zag het leven er zo uit. Een stuk relaxter, opener en vertrouwelijker. Wat is er in de tussentijd gebeurd? Want vandaag de dag leven we in een tijd van doorgeschoten wantrouwen en dat gaat niet alleen over de beveiliging van de voordeur. 

Onze manier van samenleven en samenwerken is helaas steeds meer gebaseerd op wantrouwen. Niet dat we het zo willen, maar het is zo ontstaan. Misschien was het onder invloed van de toegenomen welvaart – we hebben elkaar niet meer zo nodig. Misschien kwam het door ons idee van vrijheid en zelfexpressie – ik doe wat ik wil. Ook het marktdenken van de afgelopen decennia zal zijn littekens op de samenleving hebben. Wordt het niet tijd voor iets anders?

Een goede reden om die vraag te stellen is dat we aan het begin van een transitieperiode staan, waarin de oude vertrouwde zekerheden van een groeiende economie en stijgende welvaart niet langer vanzelfsprekend zijn. Dat betekent enerzijds dat we nieuwe richtpunten moeten zoeken. Als we niet voor materiële welvaart kunnen gaan, waar lopen we dan wel warm voor? Het terugbrengen van vertrouwen in de manier waarop organisaties werken zou een mooi doel zijn, want veel mensen lijden onder het systeem van regels, handhaving, controles, prestatienormen en andere managementinstrumenten van werkgever of overheid. Met wantrouwen bejegend worden is niet fijn en werkt ook vaak als een self fulfilling prophecy. Als je mij toch niet vertrouwt, kan ik me net zo goed ook zo gaan gedragen.

Anderzijds is er ook een noodzaak om beter te gaan samenwerken. Een circulaire economie, bijvoorbeeld, is alleen op te bouwen als alle schakels in de keten daaraan meewerken. Voor de slimme oplossingen die we nodig hebben om efficiënter met grondstoffen om te springen, zal intensieve, intersectorale en interdepartementale samenwerking nodig zijn. Een mindset van concurrentie en maximaliseren van het eigenbelang past daar zeker niet in.

En een derde reden om naar andere manieren van samenwerken te zoeken is het kostenaspect. Wij denken in Nederland dat we het goed geregeld hebben. We hebben een indrukwekkend stelsel van regels en afspraken opgebouwd waarmee we het sociale en economische verkeer in goede banen leiden. Maar dit bureaucratische bouwwerk is ook uiterst kostbaar. Al die vergaderingen om regels op te stellen; al die handhavers die nodig zijn om op de naleving van de regels toe te zien; al die controleurs die over de schouder van handhavers meekijken om te zien of deze niet buiten hun boekje gaan, het kost allemaal een hoop geld. En buiten dat werkt het ook nog verlammend op de dynamiek en creativiteit van de samenleving. Pioniers van ecodorpen weten daarover mee te praten. De gemiddelde doorlooptijd van hun initiatieven is negen tot tien jaar. 

Dat schiet niet op en we hebben juist dit soort pioniers nodig want het zijn wegbereiders. De civil society initiatives zoals ecodorpen, sociale ondernemingen en woongroepen experimenteren op uiteenlopende manieren met nieuwe vormen van organiseren. Vooral op het vlak van besluitvormingsmodellen, zoals sociocratie, en communicatievormen doen ze veel ervaring op. Daar valt veel van te leren en we zien een toenemende behoefte aan onderbouwing, bewustwording en delen van kennis op dit gebied. Waarom moeten we anders organiseren? Wat kunnen we ervan verwachten? En hoe brengen we verandering aan in organisaties? 

Vanuit de sociale permacultuur kijken we hier met de permacultuur blik naar. Organisaties zijn een soort ecosystemen, menselijke ecosystemen wel te verstaan. Er gelden andere regels maar het systeemdenken van de permacultuur is onverkort van toepassing. Dat betekent in hoofdzaak dat we organisaties als levende entiteiten moeten gaan zien; complexe systemen die we wel kunnen beïnvloeden maar niet kunnen sturen. Het zijn zelforganiserende systemen.

In onze benadering van sociale permacultuur staat het begrip vertrouwen centraal. Voor velen is dat misschien een abstract begrip maar tegelijk is het ook een heel reëel iets. Vertrouwen is lastig meetbaar maar het is des te meer voelbaar. Wij zijn ervan overtuigd dat met een andere mindset en een aantal praktische maatregelen vertrouwen in organisaties en samenlevingen zich (weer) laat opbouwen. Daar kunnen we vandaag in het klein in onze eigen organisatie en bij ons eigen initiatief mee beginnen. Bij onze eigen voordeur dus.

Op zaterdagmiddag 28 maart 2020 is er bij Omslag een workshop Organiseren vanuit vertrouwen.

Plaats een reactie